De stripverhalen van Suske en Wiske lieten ons reeds menigmaal kennismaken met de teletijdmachine, een fenomenale uitvinding van professor Barabas. Deze illusionaire machine werd in 1945 door de professor geïntroduceerd. Het toestel was echter nog verre van volmaakt en het optimaliseren van de teletijdmachine ging gestaag door. Zeven jaar later was het dan zover: de teletijdmachine was eindelijk in staat om personen zowel naar een punt in het verleden als naar een tijdstip in de toekomst te catapulteren. Zo konden Suske en Wiske bijvoorbeeld persoonlijk een pakket afleveren bij hun overleden voorouders. Puur fictief. Of niet?
Quantumfysica en tijdreizen
Een teletijdmachine wordt door velen met science fiction geassocieerd, maar vanuit quantumfysisch perspectief is reizen door de tijd absoluut geen onmogelijkheid. Het bestaan van smartphones, die tegenwoordig beschermd worden door de meest elegante telefoon hoesjes, was een aantal decennia geleden immers ook nog pure fictie, terwijl de meeste mensen anno 2020 voortdurend in gezelschap zijn van een dergelijk apparaat. De eventuele ontwikkeling van een teletijdmachine is dus geenszins onrealistisch, maar zal wellicht ingewikkelder zijn dan het creëren van een robot, dat reeds op grote schaal plaatsvindt. In de quantumfysica is echter niets onmogelijk, en dat geldt ook voor een teletijdmachine.
De relativiteitstheorie van Einstein stelt dat onze vierdimensionale werkelijkheid is opgebouwd uit drie ruimtedimensies (lengte x breedte x hoogte) en een tijdsdimensie (verleden-toekomst). Volgens de quantumfysica is onze werkelijkheid geenszins solide. Met andere woorden: ruimte en tijd zijn ‘buigbaar’. Wiskundig gezien is tijdreizen reeds mogelijk met behulp van zogeheten ‘wormgaten’, waarvan het bestaan vooralsnog hypothetisch is. Volgens de klassieke natuurkunde is het per definitie onmogelijk om door wormgaten te reizen. De quantumfysica denkt hier echter anders over.